Aansprakelijkheid
Aansprakelijkheid komt van het woord “aanspreken”. Wanneer iemand aansprakelijk is, wil dat zeggen dat hij/zij aangesproken kan worden voor bepaalde tekortkomingen. In het dagelijkse leven kunnen mensen aansprakelijk gesteld worden voor fouten.
Ook een VZW kan aansprakelijk zijn als er iets mis gaat. Meer nog: de algemene regel is dat de VZW de tekortkomingen zal “opvangen” en zo de leden, bestuurders en vrijwilligers in de VZW zal beschermen. Natuurlijk bestaan op dit principe een aantal uitzonderingen.
Algemene regel: de VZW = aansprakelijk voor tekortkomingen, niet de leden en/of bestuurders.
Door de “rechtspersoonlijkheid” wordt er als het ware een muur gebouwd tussen enerzijds de leden en bestuurders van de VZW en anderzijds de buitenwereld. Op die manier zijn de leden en bestuurders van de VZW – in principe – niet gehouden om persoonlijk in te staan voor verplichtingen die voortvloeien uit contracten die door de VZW werden afgesloten. Evenmin kunnen de leden en bestuurders van de VZW – in principe – persoonlijk aansprakelijk gesteld worden voor fouten die ze begaan in de uitoefening van hun functie.
Deze tekortkomingen waarvoor men de VZW kan aanspreken kunnen zich situeren op contractueel vlak, buitencontractueel vlak en strafrechtelijk vlak.
Contractuele aansprakelijkheid
Als er tussen twee partijen van een contract een tekortkoming plaatsvindt, dan is er sprake van contractuele aansprakelijkheid.
CASE
Indien Tennisclub Neptunus VZW een nieuw “ballenkanon” aankoopt, wordt dat “ballenkanon” eigendom van de VZW . De VZW heeft immers een vermogen dat losstaat van het vermogen van haar leden en bestuurders. De factuur moet betaald worden door de VZW en niet door één van de bestuurders of leden. De muur tussen enerzijds de leden en bestuurders en anderzijds de buitenwereld zorgt er immers voor dat men niet persoonlijk zal moeten instaan voor contracten die de VZW aangaat.
CASE
Indien VZW Basketbalclub Eindegem een fuif organiseert en tevens een betalende vestiaire ter beschikking stelt, dan is de VZW verantwoordelijk voor de goede werking van de vestiaire. Indien nadien blijkt dat er jassen verdwenen zouden zijn, dan kunnen de gedupeerden zich wenden tot de VZW. De VZW als zelfstandige entiteit zal moeten instaan voor de vergoeding van de schade. De VZW is immers aansprakelijk. In principe kunnen de medewerkers niet persoonlijk worden aangesproken, zelfs niet in het geval dat de VZW over onvoldoende financiële middelen zou beschikken om de volledige schade te vergoeden. Het is duidelijk dat door de “rechtspersoonlijkheid” het risico van de individuele leden en bestuurders naar de VZW zelf wordt verlegd.
Buitencontractuele aansprakelijkheid
Als er een onrechtmatige daad plaatsvindt zonder dat er tussen twee partijen een contract bestaat, spreken we van buitencontractuele aansprakelijkheid. Dit veronderstelt het samengaan van drie elementen: een fout, schade en een oorzakelijk verband tussen de twee.
CASE
Een bestuurder van Volleybalclub Dino VZW is verantwoordelijk voor de opstelling van de netten. Hij moet onder andere controleren of de palen wel stevig vaststaan op het terrein. Maar op een dag is hij verstrooid en vergeet hij zijn taak uit te voeren. Midden in de match valt de paal omver, recht in het publiek. Een toeschouwer houdt er een lichte hersenschudding en een gebroken bril aan over. Hier is sprake van een onrechtmatige daad: er is immers geen contract tussen de VZW en de toeschouwer, er heeft een fout plaatsgevonden (geen controle door de bestuurder), er is schade (hersenschudding en kapotte bril) en er is een oorzakelijk verband tussen beide (had de bestuurder de palen gecontroleerd, dan waren ze niet omvergevallen en was de toeschouwer niet gewond).
Strafrechtelijke aansprakelijkheid
Een VZW kan ook aansprakelijk gesteld worden voor strafrechtelijke misdrijven. Hieraan zijn wel voorwaarden verbonden. Het moet gaan om een inbreuk op een strafrechtelijke bepaling die voortvloeit uit een opzettelijke beslissing, onachtzaamheid of nalatigheid een misdrijf. Daarnaast moet deze inbreuk terug te brengen tot één van volgende situaties: intrinsiek verband met het doel of de waarneming van de belangen van de VZW of gepleegd zijn voor rekening van de rechtspersoon.
CASE
Rugbyclub Blue Sky VZW organiseert een metalfuif. Ondanks duidelijke beperkingen van het toegelaten geluidsniveau beslist het bestuursorgaan van de VZW om deze aan hun laars te lappen (op vraag van het publiek).
Uitzondering 1: risico op persoonlijke aansprakelijkheid voor de leden?
Principe: leden kunnen niet persoonlijk aansprakelijk gesteld worden
In principe is de VZW aansprakelijk voor de tekortkomingen van leden. Met andere woorden: de leden van een VZW kunnen dus niet persoonlijk aansprakelijk gesteld worden. Dit in tegenstelling tot de leden van een feitelijke vereniging.
Uitzonderingen: leden lopen (zeer beperkt) risico
Het risico op persoonlijke aansprakelijkheid voor leden in een VZW is uiterst laag. Wij wijzen op twee gevallen waarbij leden toch persoonlijk instaan. Dat zijn dan situaties waardoor de “muur” rond de VZW wordt doorbroken:
- wanneer leden handelingen stellen voor de oprichting van de VZW en deze handelingen niet (tijdig) worden overgenomen door de VZW. In dat geval is het lid zelf persoonlijk aansprakelijk.
- wanneer leden verbintenissen aangaan zonder de vermelding van de vzw-gegevens.
- Wanneer bepaalde gegevens niet vermeld worden op documenten terwijl de VZW in vereffening is
Uitzondering 2: aansprakelijkheid van de (dagelijks) bestuurders
Principe: bestuurders en dagelijks bestuurders kunnen niet persoonlijk aansprakelijk gesteld worden
In principe is de VZW aansprakelijk voor de tekortkomingen van bestuurders. Met andere woorden: de bestuurders van een VZW kunnen dus niet persoonlijk aansprakelijk gesteld worden. Dit in tegenstelling tot de leden en/of bestuursleden van een feitelijke vereniging.
Uitzonderingen: bestuurders en dagelijks bestuurders lopen risico
Toch kunnen bestuurders en dagelijks bestuurders wel degelijk risico lopen om persoonlijk aansprakelijk gesteld te worden. Deze aansprakelijkheidsgronden veranderen niet door het nieuwe Wetboek. Enerzijds kunnen bestuurders aansprakelijk gesteld worden vanuit de VZW zelf (interne aansprakelijkheid) en anderzijds vanuit derden (externe aansprakelijkheid). Dat zijn dan situaties waardoor de “muur” rond de VZW wordt doorbroken.
Bestuurdersaansprakelijkheid ten opzichte van de VZW zelf (interne aansprakelijkheid)
Een bestuurder of dagelijks bestuurder heeft het mandaat van de VZW gekregen om deze VZW (mee) te besturen en te vertegenwoordigen (dit is een contract). Dit moet op een correcte en goede manier gebeuren.
Indien dat niet gebeurt, dan kan de bestuurder of dagelijks bestuurder aansprakelijk gesteld worden vanuit de VZW zelf voor deze tekortkomingen. Wat de bestuurders betreft, gebeurt dat dan vanuit de algemene vergadering via een “verenigingsvordering tegen de bestuurders”.
Bestuurdersaansprakelijkheid ten opzichte van derden (externe aansprakelijkheid)
Er kunnen ook fouten gemaakt worden ten opzichte van derden. Deze kunnen buitencontractueel of contractueel zijn (een contract niet nakomen).
- Als een bestuurder een buitencontractuele fout maakt ten aanzien van een derde, kan die derde op basis van buitencontractuele aansprakelijkheid die bestuurder proberen aansprakelijk te stellen.
Voorbeeld
Na de wekelijkse competitiematch van de tafeltennis, verlaat een bestuurder na iets teveel pintjes de sporthal. Op de parking rijdt hij per ongeluk met zijn fiets tegen een geparkeerde auto van de bezoekende ploeg. Daardoor is de auto beschadigd. De eigenaar van de auto kan zich op basis van buitencontractuele aansprakelijkheid richten tot de bestuurder persoonlijk.
- Wanneer een VZW een contract niet nakomt, kan een bestuurder hier ook persoonlijk voor aansprakelijk gesteld worden als volgende voorwaarden vervuld zijn:
- De derde is een contractspartij van de VZW
- Het contract tussen de derde en de VZW wordt niet naar behoren uitgevoerd, met schade als gevolg voor de derde.
- Er is een persoonlijke buitencontractuele tekortkoming door de bestuurder, waardoor er een zekere schade, die verschilt van de contractuele schade, ontstaat voor de derde. Dat is altijd het geval als de bestuurder een strafrechtelijke inbreuk begaat (bv fraude, niet-betalen loon,…)
- De bestuurder heeft een uitvoerende taak.
Voorbeeld
Een werknemer van de VZW wordt niet uitbetaald door de bestuurder. De werknemer is een contractspartij van de VZW. De werknemer heeft geen contract met de bestuurder persoonlijk. Het contract tussen de VZW en de werknemer wordt niet naar behoren uitgevoerd, want hij ontvangt geen loon. Er is een buitencontractuele tekortkoming door de bestuurder doordat hij het loon niet uitbetaalt (strafrechtelijk misdrijf). De bestuurder heeft een uitvoerende taak, want hij is verantwoordelijk voor de loonadministratie.
→ de bestuurder kan persoonlijk aansprakelijk gesteld worden.
De uiteindelijke afweging zal door de rechtbank moeten gebeuren.
Welke bestuurder is aansprakelijk en voor welk bedrag?
Hoofdelijke aansprakelijkheid
In het algemeen geldt er een “hoofdelijke” aansprakelijkheid bij bestuurders. Dat wil zeggen dat wanneer er fouten of tekortkomingen, zijn, men elke bestuurder uit het bestuursorgaan kan aanspreken voor tekortkomingen, ook al werden die door andere bestuurders begaan. Diegene die wordt aangesproken, kan zich wel wenden tot de andere bestuurders.
Voorbeeld:
Het bestuursorgaan van een VZW voetbalclub neemt de beslissing om een contract aan te gaan met een bekende spits. Zij weten echter vooraf dat dat contract financieel niet zal gehonoreerd kunnen worden. Dit kan gezien worden als een bestuursfout. Elk van de bestuurders kan hoofdelijk tot de gehele som worden aangesproken. De aangesproken bestuurder kan eventueel verhaal halen bij de andere bestuurders.
Beperking van de bestuurdersaansprakelijkheid
Het nieuwe Wetboek voert een beperking van de bestuurdersaansprakelijkheid in tot een maximumbedrag. Dat maximumbedrag is afhankelijk van de omzet en het balanstotaal van de VZW. Concreet wil dat zeggen dat de bestuurders en dagelijks bestuurders die door een rechtbank veroordeeld zijn inzake bestuurdersaansprakelijkheid nooit zullen moeten instaan (allemaal samen) voor meer dan het maximumbedrag.